Publicaties
& media.

Onder het mom dat de burger zelf meer moet regelen, openbaarde Minister Dekker voor Rechtsbescherming zijn plannen voor de gesubsidieerde rechtsbijstand. Nu hebben mensen met een laag inkomen nog recht op een gesubsidieerde advocaat als ze die niet zelf kunnen betalen. De Minister is echter voornemens om de rol van de advocaten te verminderen en burgers meer te laten betalen. De Minister meent dat het systeem van de rechtsbijstand overbelast zou zijn. Dit zou volgens de Minister komen omdat partijen snel voor de gang naar de rechter kiezen. De stelling van de Minister klopt niet, daar advocaten op grond van hun gedragsregels eerst altijd een minnelijke oplossing dienen te zoeken. Bovendien zijn de kosten om een procedure te voeren voor velen op dit moment niet op te brengen. Voorts bleek in april 2018 dat het aantal rechtszaken fors gedaald is.

Door Minister Dekker wordt een probleem gecreëerd en het gecreëerde probleem wordt aangegrepen om het systeem van de Rechtsbijstand, die met zorg opgebouwd is, af te takelen. De Minister wil voor veel voorkomende juridische problemen met “rechtshulppakketten” en met een “Poortwachter”  gaan werken. De Poortwachter bepaalt wie zijn probleem aan de rechter voor mag leggen.

Verstevigen van het systeem

Tijdens de hoorzitting van de Kamercommissie voor Justitie en Veiligheid, waaraan Tweede Kamerleden van VVD, CDA, D66, PvdA, GroenLinks en SP hebben deelgenomen, bleek dat het rechtsbijstandssysteem verstevigt moet worden. Daarvoor was onvermijdelijk meer financiële steun vanuit de overheid nodig.

Minister Dekker lijkt aan alle adviezen voorbij te gaan en andere plannen te hebben. De plannen van Minister Dekker gingen eerder  tegen het regeerakkoord in. De Minister opperde om de gesubsidieerde rechtsbijstand uitsluitend nog in straf- of asielzaken te laten gelden. Ingeval zijn plannen doorgaan verdwijnt de gesubsidieerde rechtsbijstand voor het civiel- en bestuursrecht. De plannen van de Minister konden, ook vanuit de Coalitie, op veel kritiek rekenen.

Rechtshulppakketten en Poortwachter

Als burgers juridische problemen ervaren, dan moeten zij eerst hun probleem aan een Poortwachter  voorleggen. Die bepaalt naar wie de burger doorverwezen moet worden. Door Minister Dekker wordt op dit punt steevast de vergelijking met de zorg gemaakt. De Poortwachter moet een soort “huisarts” voorstellen die bepaalt of een specialist nodig is en naar welke specialist de burger moet. Het oordeel van deze Poortwachter zou bindend zijn.

Wij menen dat de Poortwachter een directe bedreiging vormt voor de vrije keuze van de burger om zich in zijn geschil door een door hemzelf gekozen advocaat te laten bijstaan. Minister Dekker heeft immers deze Poortwachter gekoppeld aan zijn voornemen om “rechtshulppakketten” in te voeren.

Deze pakketten kunnen door verzekeraars, advocaten, mediators en andere aanbieders van juridische diensten aangeboden worden, die mensen vervolgens kunnen inkopen. De Poortwachter beslist dan ook of mensen daarbij financiële hulp van de overheid kunnen krijgen. De toegang tot het recht en daarmee het fundament van onze rechtsstaat, staat hiermee naar ons idee op losse schroeven. Alleen burgers met voldoende inkomen zullen onafhankelijk van de Poortwachter hun recht bij een onafhankelijke rechtsbijstandverlener kunnen halen.

Onbegrijpelijk

60% van alle gefinancierde rechtszaken wordt tegen de overheid zelf gevoerd. Denk hierbij aan zaken in het kader van de bijstandsuitkering. De plannen zorgen niet alleen voor ongelijke behandeling van burgers, maar zagen ook aan de poten van de rechtstaat. Daar waar de overheid de afgelopen jaren steeds vaker het bestuursrecht aangrijpt om burgers te vervolgen (denk aan boetes) is het dan ook zorgelijk dat diezelfde overheid ervoor zorgt dat burgers, die met dat rechtsgebied te maken krijgen, straks van een Poortwachter afhankelijk zijn om gedegen bijstand te krijgen.

In 2015 werd het nieuwe arbeidsrecht ingevoerd, tegelijkertijd versoberde de overheid de ontslagvergoeding voor werknemers. Bovenal wijzigde het nieuwe arbeidsrecht de procedures. Werknemers dienen voortaan binnen twee maanden na ontslag zelf een gerechtelijke procedure in te leiden om dat ontslag aan te vechten. Een brief aan de werkgever, zoals voorheen, voldoet niet meer. Het is zorgelijk dat een overheid enerzijds werknemers in arbeidszaken dwingt te procederen en anderzijds dezelfde werknemers, juist op het moment dat zij rechtsbijstand behoeven, door middel van rechtshulppakketten en een Poortwachter van dienst wil zijn.

Wij menen dat de rechtsbijstand geen spelletje Monopoly betreft waar een rechtshulppakketten en een Poortwachter bepaalt wordt en waar een rechtszoekende voor hulp naartoe moet.

Modernisering proceskosten

Wij menen dat het systeem van de proceskostenveroordeling in rechtszaken inmiddels achterhaald is. Wanneer een partij in een civiele procedure in het ongelijk gesteld wordt, dan wordt deze partij in de regel in de proceskosten veroordeeld. Dit systeem bestaat uit een puntensysteem (Liquidatietarief), waarbij voor elk handelen (dagvaarding, zitting bijwonen) 1 punt toegekend wordt. De partij die in het ongelijk gesteld is hoeft niet daadwerkelijk gemaakte kosten van de wederpartij te vergoeden. Aan de hand van het puntensysteem betaalt de partij die een procedure verliest een veel lager bedrag dan de werkelijk gemaakte kosten. In gevallen waarin een burger met behulp van gesubsidieerde rechtsbijstand procedeert en de zaak wint, betekent dit dat de overheid onnodig kosten moet maken. De overheid (lees: Raad voor Rechtsbijstand) vergoedt alle kosten boven het deel aan proceskostenveroordeling, die de burger gemaakt heeft.

Wij menen dat de rechter de mogelijkheid dient te hebben, in geval de wederpartij een onderneming betreft, om de onderneming in dat geval in het gehele bedrag en niet in een deel daarvan te veroordelen. Zo zal de Raad voor Rechtsbijstand niet op de kosten van de advocaat toe hoeven te leggen. Is de wederpartij een particulier, dan kan bij de hoogte van de proceskostenveroordeling daarmee rekening mee gehouden worden. De proceskostenveroordeling kan dan inkomensafhankelijk plaatsvinden.

In bestuurszaken kan eenzelfde regel toegepast worden. Verliest een bestuursorgaan, dan wordt het bestuursorgaan verplicht om de gehele kosten te vergoeden die de overheid namens de burger heeft gemaakt. Overheidsorganen zullen, wellicht ter voorkoming van het betalen van hogere proceskosten, hun besluiten zorgvuldiger nemen en beter motiveren.

Door Minister Dekker wordt een probleem gecreëerd welke niet bestaat en welk probleem aangegrepen wordt om het systeem van rechtsbijstand af te breken. Wij als kantoor zeggen tot hier en niet verder.  Wij vragen Minister Dekker voor Rechtsbescherming de toegang tot het recht voor alle burgers te waarborgen. Wij verzoeken Minister Dekker af te zien van zijn plannen en te kiezen voor oplossingen die daadwerkelijk het systeem van de rechtsbijstand bestendiger maken.

Alle burgers, ook dus degenen met een laag inkomen, hebben recht op gedegen rechtsbijstand!

Related
Publications.